wat zoek je?

woensdag 30 november 2016

BLOG / de halfdonker blues



Eigenlijk slaagt heel dat winteruur echt nergens op. Ge wordt verplicht om tot een kot in de dag in uw bed te blijven liggen of ge wordt depressief van al dat gestommel in de donkerte om u klaar te maken om naar buiten te gaan zonder het gevoel te hebben dat ge in het holst van de nacht door de straten gaat dwalen gelijk een zonderling die geen besef van tijd meer heeft of wanneer hij voor het laatst nog eens naar de blauwe lucht heeft opgekeken. Ik wil zo geen zonderling zijn, en ook geen worden.

Ge blijft dus zo lang mogelijk bed liggen, ook al zijt ge al lang klaarwakker, en ge gaat uzelf dan wijsmaken dat ge slecht slaapt, wat helemaal niet waar is, want zeven à acht uur slaap per nacht is meer dan genoeg. Ook in december in het noordwesten van Europa. Wij zijn geen Finnen he zeg.

En als het dan eindelijk een zogenaamd fatsoenlijk uur is om naar buiten te gaan, is de dag dus al bijna voorbij en moet ge u keihard afjagen om alles gedaan te krijgen wat er op het programma staat en daarbij moet ge dan ook nog eens volop genieten van de frisse buitenlucht, die twee strepen zon en het feit dat ge geen pillicht nodig hebt om van de gang tot de buitendeur te geraken zonder uw voet te stoten tegen al de fietsen die in uw weg geparkeerd staan. Ge moet daar dan vrolijk van worden. Een beetje dronken zelfs, want al die vitamine D zet uw hersenen een beetje aan de kook. Dat voelt ge pas als ge dan ergens tegen valavond – die valt vooraleer ge er goed en wel erg in hebt, gewoon keihard op uw kop—binnenstapt en de hitte die u daar tegemoetkomt doet uw hersenen smelten die dan in dikke lavastroompjes uit uw oren lijken te komen glijden. Bepaald helder denken gaat ge daar niet van doen. En het is al zo donker.

Het is half vier gepasseerd in de namiddag en ik wil eigenlijk nog wel eens naar buiten gaan om wat te gaan snuisteren in winkeltjes, maar de stad draait binnen dit en een klein halfuur in een inferno-achtige brij waarin ik mijn weg niet kan vinden en alles dubbel begin te zien. Nog zo’n bijwerking van dat onnozele winteruur: mensen met monovision zien geen knijt meer uit hun ogen en bewegen zich voort als een bende mollen op de tast. We leven niet meer in de middeleeuwen, toch? Alsof er geen mensen zijn die pas in de namiddag beginnen te werken, of ’s avonds, of ’s nachts. Die hebben geen licht nodig of hoe zit dat dan? Volgens mij steken wij nog veel meer de lichten aan als het winteruur in voege is dan wanneer we gewoon onze frak vegen aan heel dat winteruur en meedrijven met hoe de wind waait, of het licht valt. Alles op halve kracht draaien en de mensen hun winterslaap een beetje laten gunnen, zou ook niet slecht zijn. De wintermaanden lijken mij precies het uitgelezen moment om die 30-urenweek op te starten en uit te testen, maar dat zal dan aan mij liggen, vooral niet serieus nemen al wat ik zeg en hardop denk, ik draag dan ook geen duur donkerblauw maatpak met plastron en plak geen gel in mijn haar. Neusharen trek ik wel op tijd en stond uit, maar dat willen we dan weer niet geweten hebben, veronderstel ik?


Geen opmerkingen:

Een reactie posten