Eigenlijk slaagt heel dat winteruur echt nergens op. Ge
wordt verplicht om tot een kot in de dag in uw bed te blijven liggen of ge
wordt depressief van al dat gestommel in de donkerte om u klaar te maken om
naar buiten te gaan zonder het gevoel te hebben dat ge in het holst van de
nacht door de straten gaat dwalen gelijk een zonderling die geen besef van tijd
meer heeft of wanneer hij voor het laatst nog eens naar de blauwe lucht heeft
opgekeken. Ik wil zo geen zonderling zijn, en ook geen worden.
Ge blijft dus zo lang mogelijk bed liggen, ook al zijt ge al
lang klaarwakker, en ge gaat uzelf dan wijsmaken dat ge slecht slaapt, wat
helemaal niet waar is, want zeven à acht uur slaap per nacht is meer dan
genoeg. Ook in december in het noordwesten van Europa. Wij zijn geen Finnen he
zeg.
En als het dan eindelijk een zogenaamd fatsoenlijk uur is om
naar buiten te gaan, is de dag dus al bijna voorbij en moet ge u keihard
afjagen om alles gedaan te krijgen wat er op het programma staat en daarbij
moet ge dan ook nog eens volop genieten van de frisse buitenlucht, die twee
strepen zon en het feit dat ge geen pillicht nodig hebt om van de gang tot de
buitendeur te geraken zonder uw voet te stoten tegen al de fietsen die in uw
weg geparkeerd staan. Ge moet daar dan vrolijk van worden. Een beetje dronken
zelfs, want al die vitamine D zet uw hersenen een beetje aan de kook. Dat voelt
ge pas als ge dan ergens tegen valavond – die valt vooraleer ge er goed en wel
erg in hebt, gewoon keihard op uw kop—binnenstapt en de hitte die u daar
tegemoetkomt doet uw hersenen smelten die dan in dikke lavastroompjes uit uw
oren lijken te komen glijden. Bepaald helder denken gaat ge daar niet van
doen. En het is al zo donker.
Het is half vier gepasseerd in de namiddag en ik wil
eigenlijk nog wel eens naar buiten gaan om wat te gaan snuisteren in
winkeltjes, maar de stad draait binnen dit en een klein halfuur in een
inferno-achtige brij waarin ik mijn weg niet kan vinden en alles dubbel begin
te zien. Nog zo’n bijwerking van dat onnozele winteruur: mensen met monovision
zien geen knijt meer uit hun ogen en bewegen zich voort als een bende mollen op
de tast. We leven niet meer in de middeleeuwen, toch? Alsof er geen mensen zijn
die pas in de namiddag beginnen te werken, of ’s avonds, of ’s nachts. Die
hebben geen licht nodig of hoe zit dat dan? Volgens mij steken wij nog veel
meer de lichten aan als het winteruur in voege is dan wanneer we gewoon onze
frak vegen aan heel dat winteruur en meedrijven met hoe de wind waait, of het
licht valt. Alles op halve kracht draaien en de mensen hun winterslaap een
beetje laten gunnen, zou ook niet slecht zijn. De wintermaanden lijken mij
precies het uitgelezen moment om die 30-urenweek op te starten en uit te
testen, maar dat zal dan aan mij liggen, vooral niet serieus nemen al wat ik
zeg en hardop denk, ik draag dan ook geen duur donkerblauw maatpak met plastron
en plak geen gel in mijn haar. Neusharen trek ik wel op tijd en stond uit, maar
dat willen we dan weer niet geweten hebben, veronderstel ik?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten