mijn stad ziet eruit
alsof ze recent een
bombardement
over zich heen heeft
gehad
een modderval van
spaan- en ijzerplaten
die de leegstand van
vintage-gehalte
moet voorzien, hip
en al
staketsels met
tl-verlichting
langsheen snelsnel opgespuwde
strookjes
rood- en gifgroen
geverfde asfaltwormen
waarlangs het fijn
fietsen wordt genoemd
mobiele units, in de
volksmond ‘barakken’
die als pop-ups voor
alles en nog wat
moeten dienen, voor
eeuwig en altijd
tijdelijk, goedkoop,
snel en al in verval
nog voor het goed en
wel overeind staat
overal greppels precies
loopgraven
slechtgetrokken
kabels die vooral dienen
om over te vallen,
je nek te breken, uit te glijden
en in te verdwijnen,
quasi toevallig
zoals tijdens elke
bezetting, de soldaten
hebben we nu al,
goed geregeld, zeg dat wel
repressie van het
vastgoed, dat zitgoed,
dat schuiftgoed, dat
smaaktgoed, dat brandtgoed
want spaanders en
korte lontjes zijn dikke vriendjes
maar ze laten mekaar
slechts zelden heel
apocalyptische haven
waar Dubaï en Singapore
grote uitverkoop
doen, silo’s ontploffen, herashekkens
kriskraskruisen,
slib nucleair afval is
zwemvijvers poelen
van blauwalgen
en maag- en
darmontstekingen en een GAS-boete er bovenop
vijf torens koud en
kil en lomp
staan over en weer
te zwalpen zoals
decadente zonnebruingebakken schepenen
na de gemeenteraad in de Scheve Zaken
allemaal hetzelfde kapsel van dezelfde pot vette gel
opgeblazen kop van
teveel aperitief
en digestief en
eigen gerief eerst
‘this land is your
land’ onderuitgehaald,
kapotgegraaid,
collectief vernaaid
altijd weer
verdraaid tot een
ik-heb-dat-zo-niet-bedoeld
en
gij-hebt-mij-verkeerd-verstaan
mama ze zien ons
niet graag!
leer dan eens
fatsoenlijk Nederlands misschien?
dat die mislukte
diamanten zeppelin
ineen mag storten
door de eigen waanzin
en straks nog enkel
uit rookpluimen
bestaan, hallo het
volk zit zonder brandstof
wij hebben honger en
wij hebben het koud
waar blijft dat brandhout?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten