een brooddoos vol gesmeerd
met boterhammen
in driehoekjes gesneden
haartjes gewassen
en gekamd
propere kleren aan
veters gestrikt
tanden gepoetst
schoolboeken
netjes in een boekentas
op wieltjes, ratelend
over het trottoir
’s morgens in de vroegte
een dag gelijk een ander
het zal wel nooit genoeg zijn
om een kind van kleur
veilig over straat te laten
lopen van huis naar school
en later naar het eerste liefje
de eerste job, de sportclub
of de vrienden voor etenstijd
dat is omdat ge Mawda heet
want er zullen altijd sirenes
gillen dat er in die brooddoos
geen boterhammen steken
maar drugs, een mes of een pistool
dat is omdat ge Adil heet
er zullen altijd vuisten zijn
die zogezegd per ongeluk
net iets te veel en te hard
op koppen kloppen
matrakken die iets te precies
juist daar meppen waar
het fataal is ook al was dat
nooit zo bedoeld
blijkt dan achteraf
spijt doet niet opnieuw leven
en uw brooddoos is kapot
dat is omdat ge Mehdi heet
moeders en vaders blijven achter
en nee het ligt niet aan hun opvoeding
de Staat is hier de slechte ouder
en de Staat, dat zijn wij
dat is omdat ge Ibrahima heet
het ligt aan structureel RACISME
het ligt aan ons beleid dat
in kinderen van kleur
het kind niet wil zien
maar het zijn wel kinderen
geen vervelende insecten
ze moeten later ook groot kunnen zijn
piloot worden of astronaut
dokter, verpleger, administratief bediende
of werken in de warme bakkerij
de brooddoos van hun kinderen vullen
deel uitmaken van een maatschappij
waarin mensen van kleur
over straat kunnen lopen
zonder
de hele godganse tijd
te moeten uitleggen
waarom ze daar lopen
en dan nog klop te krijgen
bovendien
Mandela heeft dat zo,
beste politici,
heel zeker niet gewild